Een inwoner van een dorp in de buurt van een bosreservaat in Assam, India, vond vorige maand twee kleine berenwelpjes in zijn achtertuin. Hij nam onmiddellijk contact op met het bosbeheer, en redde daarmee het leven van de beertjes.
De twee welpen bleken jonger dan twee maanden te zijn, en maakten daarom geen kans om zelfstandig in het wild te overleven. Welpen van Aziatische zwarte beren drinken bij hun moeder tot ze ongeveer vier maanden oud zijn, en blijven bij haar tot ze ongeveer twee jaar zijn.

Het bosbestuur zocht naar hun moeder, maar die was nergens te bekennen. Functionarissen concludeerden dat zij slachtoffer was geworden van stroperij, en daarmee ook haar kwetsbare welpen.
Gelukkig konden de welpen worden overgebracht naar het IFAW-WTI Centre for Wildlife Rehabilitation and Conservation. Dit centrum is een gezamenlijke inspanning van IFAW en Wildlife Trust of India (WTI) in samenwerking met het Assam Forest Department. Het is het enige rehabilitatiecentrum in het land dat dieren zoals de Indische neushoorn en de Aziatische olifant redt, grootbrengt en rehabiliteert – en nu, sinds februari, ook twee zwarte beertjes.
Deze welpjes overleefden wildlife-criminaliteit, een dodelijke plaag waarin miljarden omgaan. Wildlife crime financiert en voedt ook nog eens andere georganiseerde misdaad zoals de drugs- en wapenhandel.
Verweesde berenwelpjes rehabiliteren
Zoals waarschijnlijk hier ook het geval is, worden moederberen vaak gedood voor hun vlees of lichaamsdelen. De baby's worden voor dood achtergelaten, gevangen voor dierentuinen, of verkocht in de extreem gevaarlijke handel in exotische huisdieren.
Als ze echter op tijd worden gered, kunnen ze met de geduldige zorg van hulpverleners rehabiliteren. Zo kunnen ze hopelijk uiteindelijk weer terug naar het wild.
Twee andere verweesde Aziatische zwarte berenwelpen, in de naburige staat Arunachal Pradesh, maken intussen grote stappen richting hun terugkeer in het wild. Mannetje Papum en vrouwtje Tezu werden vorig jaar april en juni gered nadat hun moeders vermoedelijk slachtoffer waren geworden van illegale jacht. In het IFAW-WTI Centre for Bear Rehabilitation and Conservation (CBRC) leren ze essentiële vaardigheden zoals klimmen en balanceren.

Dit centrum is het enige in India dat zich richt op de rehabilitatie van verweesde berenwelpen. CBRC wordt beheerd in samenwerking met WTI en het Ministerie van Milieu en Bosbeheer van Arunachal Pradesh. Sinds de opening in 2003 heeft het centrum voor 85 beren gezorgd. De deskundige verzorgers maken de lokale gemeenschap bewust van de noodzaak om wilde dieren, vooral Aziatische zwarte beren, te beschermen tegen de illegale jacht.
In september 2024 werden Papum en Tezu overgebracht naar een tijdelijke vrijlatingplaats in het reservaat. Hier begeleidt een verzorger hen terwijl ze wennen aan het bos. Welpen die door mensen worden grootgebracht, zijn afhankelijk van hun verzorgers. Daarom moeten ze op deze tijdelijke locatie wennen aan een zelfstandig leven. Zodra ze de vaardigheden hebben om zelfstandig te overleven, worden ze vrijgelaten. Ze krijgen daarbij zendertjes zodat we hun voortgang kunnen volgen.
Honingberenwelpjes krijgen bos-les
Verderop in Azië, in Indonesië, leert IFAW's partner JAAN aan twee welpen hoe ze in het wild moeten leven. Deze Maleise beren, ook wel honingberen genoemd, werden gered uit de illegale handel. Ze waren voorbestemd voor een ellendig leven in gevangenschap, maar gelukkig nam hun leven een positieve wending.
Mano was pas drie maanden oud toen JAAN en de Indonesische politie haar redden uit een auto in Jakarta. Stropers wilden haar naar Dubai verschepen als onderdeel van een illegale handelsdeal.

De zeven maanden oude Henri werd door het Indonesische Ministerie van Milieu en Bosbouw gered van eigenaren die hem eenzaam in een kooi hielden, hoogstwaarschijnlijk voorbestemd voor hetzelfde lot als Mano.
Het team van JAAN Indonesië leert beide jonge Maleise beren nu overlevingsvaardigheden zoals in bomen klimmen en voedsel zoeken. IFAW ondersteunt hun rehabilitatie.
Na zes maanden onder de hoede van JAAN, krijgt Mano nu les in het overleven in bossen. Haar twee toegewijde verzorgers brengen de hele dag met haar door terwijl ze de boomtoppen verkent. 's Nachts slapen de twee verzorgers naast haar verblijf, net zoals Mano's moeder in het wild zou hebben gedaan.
Henri heeft voor hij werd gered alleen maar in een kleine kooi met een betonnen vloer geleefd, waardoor hij langzamer leert dan Mano. Daarom zit hij nog niet bij haar in het bos. Sinds oktober leren zijn verzorgers hem om in bomen te klimmen, kokosnoten te kraken en krekels te vinden.
Elk dier telt
IFAW redt en rehabiliteert welpen als Mano, Henri, Papum en Tezu omdat we geloven dat elk individueel dier waarde heeft. Ook speelt elk individu een cruciale rol in het behoud van hun soort. Voor kwetsbare diersoorten zoals de Aziatische zwarte beer en de Maleise beer geldt dat nu meer dan ooit.
Gerelateerde content
Zonder jouw steun kunnen wij ons werk niet doen. Geef nu voor het verbeteren van de leefomstandigheden voor dieren.