De meest fascinerende wilde dieren in Kenia
De meest fascinerende wilde dieren in Kenia
25 april 2024
Een ongelooflijke 25% van alle biodiversiteit ter wereld is te vinden in Afrika. Kenia, aan de oostkust van het Afrikaanse continent, is een van de tien landen met de grootste biodiversiteit op aarde.
Volgens recente schattingen leven er in Kenia 25.000 diersoorten, waaronder veel grote zoogdieren, 7.000 plantensoorten en 2.000 soorten schimmels en bacteriën. Deze soorten doen het goed in de rijke verscheidenheid aan ecosystemen in Kenia: van weelderige bossen, savannes en droog struikgewas tot de besneeuwde toppen van Mount Kenya. Er zijn ook veel waterrijke leefgebieden in Kenia, zowel langs de kust als in het binnenland. Kenia telt 467 leefgebieden in meren en wetlands, die een grote verscheidenheid aan wilde dieren en planten herbergen.
Dankzij de rijke biodiversiteit en de grote verscheidenheid aan ecosystemen kunnen veel verschillende dieren in Kenia gedijen. Bekijk hieronder 20 van de meest verbazingwekkende dieren die je in Kenia kunt vinden.
20 van de meest fascinerende dieren in Kenia
1. Cheeta
Een van de meest herkenbare dieren in Kenia is de cheeta, ook wel jachtluipaard genoemd. Deze gevlekte katachtigen – elk met hun eigen unieke patroon – zijn bekwame jagers. Dit is deels vanwege hun natuurlijke snelheid en behendigheid. Jachtluipaarden zijn zelfs de snelste zoogdieren op aarde. Ze kunnen in slechts drie seconden van nul naar bijna 100 kilometer per uur gaan. Nog een interessant feit is dat jachtluipaarden niet kunnen brullen. In tegenstelling tot leeuwen, tijgers, jaguars en luipaarden, kunnen cheeta’s alleen spinnen.
Jachtluipaarden leven en jagen in open graslanden door heel Afrika. Ze komen voor in landen als Kenia, Algerije, Zuid-Afrika en Niger.
De International Union for the Conservation of Nature (IUCN) classificeert jachtluipaarden als kwetsbaar. Dit betekent dat de soort een hoog risico loopt om in het wild uit te sterven. Er leven nog maar 6.517 volwassen cheeta's in het wild en hun populatie neemt af. Jachtluipaarden lopen vooral risico door het verlies van leefgebieden, omdat ze een heel groot leefgebied nodig hebben. De meeste cheeta's leven in onbeschermde gebieden, waar ze in conflict komen met boeren.
2. Afrikaanse savanneolifant
De Afrikaanse savanneolifant is het grootste landzoogdier ter wereld. Hij leeft in veel verschillende leefgebieden, waaronder open savannes, woestijnen en bossen. Terwijl deze dieren rondtrekken, spelen ze een belangrijke rol in hun ecosystemen. Ze verspreiden zaden via hun mest en helpen zo het land te bemesten; ze maken paden vrij terwijl ze door vegetatie en overwoekerd struikgewas lopen, wat de diversiteit aan planten bevordert; en ze gebruiken hun slagtanden en poten om naar water te graven in droge rivierbeddingen, waardoor kleine drinkplaatsen ontstaan voor andere dieren.
Afrikaanse savanneolifanten komen voor in 23 landen in Afrika. Ze hebben grote populaties in Kenia, Botswana, Namibië, Tanzania, Zuid-Afrika, Zambia en Zimbabwe.
IUCN classificeert de Afrikaanse savanneolifant als bedreigd. Dit betekent dat de olifant in het wild een zeer hoog risico loopt om uit te sterven. Hun aantallen nemen af. De olifanten worden gestroopt voor hun ivoor en hun natuurlijke leefgebieden worden door de groeiende menselijke bevolking omgezet in landbouwgrond en infrastructuur.
IFAW werkt aan het beschermen van Afrikaanse olifanten en het behoud van hun resterende leefgebied via het initiatief Room to Roam. Lees meer over Room to Roam.
3. Zadeljakhals
De zadeljakhals is lid van de hondenfamilie. Hij heeft een roestrode vacht met zwart op zijn rug en een staart met zwarte punten. Hij is ongeveer 95 centimeter lang van kop tot staart.
Als opportunistische alleseters, eten jakhalzen wat ze kunnen. Ze jagen in familieverband op kleine antilopen, maar eten ook reptielen, insecten, vogels, vruchten, bessen en karkassen van grotere roofdieren.
Er zijn twee verschillende populaties zadeljakhalzen in Afrika: één in Oost-Afrika, in landen als Kenia, Ethiopië en Tanzania, en één in zuidelijk Afrika, in landen als Namibië, Angola en Zuid-Afrika.
Deze dieren leven in allerlei leefgebieden, van woestijnen tot graslanden en savannes. IUCN classificeert zadeljakhalzen als minst zorgwekkend, wat betekent dat ze weinig bedreigd worden. Ze worden echter wel bejaagd door boeren die ze doden om hun vee te beschermen.
4. Grootoorvos
De grootoorvos, of lepelhond, is een ander Keniaans dier dat tot de hondenfamilie behoort. Zijn grote oren zijn zijn meest opvallende kenmerk. Hij voedt zich met insecten zoals termieten, leeft alleen of in kleine groepen en heeft zes tanden meer dan andere vossen.
De grootoorvos komt voor in savannes, droge struikgewassen en grasvlakten. Hij leeft in landen als Kenia, Tanzania, Zuid-Afrika, Angola en Zimbabwe. Volgens IUCN heeft de grootoorvos de status minst zorgwekkend en heeft hij een stabiele populatie, hoewel hij wel wordt bedreigd door jagers, ziektes en droogte.
5. Dikdik
De dikdik is een soort dwergantilope die leeft in droge gebieden in Oost-Afrika. Ze kunnen in zulke dorre omgevingen leven omdat ze water halen uit de vegetatie die ze eten. Ze schuilen in kreupelhout om zich te beschermen tegen roofdieren, zoals arenden en katachtigen.
Er zijn vier soorten dikdiks, maar er leven er maar twee in Kenia. Dit zijn Guenthers dikdik en Kirks dikdik. Kirks dikdik is de grootste dikdik, maar nog steeds klein in vergelijking met andere antilopen. Hij is slechts 45 centimeter groot en weegt 7,2 kilogram. Guenthers dikdik is kleiner, maar heeft een langere snuit.
Volgens IUCN hebben zowel Kirks dikdik als Guenthers dikdik de ‘minst zorgwekkend’ status, hoewel ze in sommige gebieden worden bedreigd door de uitbreiding van landbouwgebieden en overmatige jacht.
6. Hyena
Er zijn twee soorten hyena's in Kenia: de gestreepte hyena en de gevlekte hyena. Ze komen in heel Afrika voor, in alle leefgebieden behalve regenwouden.
De gevlekte hyena (ook wel de lachende hyena genoemd) is de grootste hyenasoort, waarbij de vrouwtjes groter zijn dan de mannetjes. Hun vacht heeft een patroon van donkere vlekken. Deze dieren jagen op vissen, vogels en zelfs nijlpaardkalfjes, en kunnen in groepen gnoes of antilopen te pakken krijgen.
Gestreepte hyena's zijn minder bekend dan hun gevlekte familie. Ze zijn meer aaseters dan jagers en komen meestal 's nachts naar buiten om zich te voeden met karkassen die door andere dieren zijn achtergelaten.
De gevlekte hyena staat op de IUCN-lijst van minst zorgwekkende dieren en de gestreepte hyena is bijna bedreigd. Conflicten tussen mensen en wilde dieren vormen de voornaamste bedreiging voor hun voortbestaan.
7. Witbuiktoerako
De witbuiktoerako heet in het Engels ‘white-bellied go-away-bird’, omdat hij een roep heeft die klinkt als 'go-way'. Hij heeft een grijs verenkleed, een witte buik en een enorme kuif bovenop zijn kop. Hij heeft ook witte vlekken op zijn staart, die zichtbaar zijn als de vogel vliegt.
Witbuiktoerako’s leven in de droge savannes en bossen van Kenia, Tanzania, Oeganda, Soedan, Zuid-Soedan, Somalië en Ethiopië. IUCN geeft deze vogel de status ‘minst zorgwekkend’. Hij heeft geen grote bedreigingen voor zijn voortbestaan.
8. Rosse olifantspitsmuis
Er zijn ongeveer 20 verschillende soorten springspitsmuizen, de familie waartoe de rosse olifantspitsmuis behoort. Deze dieren zijn ongeveer zo groot als een rat en zijn genoemd naar hun lange, flexibele snuit, waarmee ze bladeren en aarde omwoelen terwijl ze naar prooi zoeken.
De rosse olifantspitsmuis hopt net als een konijn rond op lange poten en heeft een lange geschubde staart. Hij eet mieren, termieten, andere kleine insecten en regenwormen. Hij leeft in savannes en graslanden in Kenia, Tanzania, Somalië, Ethiopië, Zuid-Sudan en Oeganda. De rosse olifantspitsmuis heeft een stabiele populatie en staat op de lijst van IUCN als minst zorgwekkend.
9. Doejong
De doejong of Indische zeekoe is een zeezoogdier dat leeft voor de kust van Oost-Afrika, Azië en Australië. Deze grote dieren kunnen tot 3,4 meter lang worden en tot 420 kilogram wegen.
Doejongs zijn verwant aan zeekoeien en zien er ongeveer hetzelfde uit. Ze hebben grote, gevoelige snuiten waarmee ze onderwatergrassen eten. Doejongs kunnen tot 37 meter diep duiken en ze kunnen hun adem wel zes minuten inhouden. Ze kunnen heel oud worden, sommige wel 73 jaar oud.
Volgens IUCN zijn doejongs kwetsbaar en lopen ze een groot risico om in het wild uit te sterven. Ze worden bedreigd door bootaanvaringen, verstrikking in vistuig en illegale jacht.
10. Woestijnknobbelzwijn
Het woestijnknobbelzwijn is lid van de varkensfamilie. Hij heeft een grote, wratachtige kop, grove manen en twee paar slagtanden. In tegenstelling tot het gewone knobbelzwijn (ook wel wrattenzwijn), dat in het grootste deel van Afrika voorkomt, leeft het woestijnknobbelzwijn alleen in Kenia, Ethiopië en Somalië. Hij leeft in savanne- en struikgebied en eet gras en andere vegetatie. Hij gebruikt verlaten holen van aardvarkens als schuilplaats.
Het woestijnknobbelzwijn staat op de IUCN-lijst van minst zorgwekkende diersoorten. De populatie wordt echter in Kenia geconfronteerd met verschillende bedreigingen, waaronder een groeiend aantal mensen en vee. Hierdoor neemt de concurrentie om water en voedsel toe.
11. Lelieloper
De lelieloper is een watervogel, en wordt ook wel lotusvogel, grootlangtoon of Afrikaanse jacana genoemd. Hij heeft een kastanjekleurig lichaam, een zwart-witte kop en nek en een felblauwe snavel. Zijn enorme poten zijn een ander onderscheidend kenmerk. De lelieloper gebruikt zijn lange klauwen en tenen om over waterlelies en andere waterplanten te lopen.
Deze vogels leven in de ondiepe meren en wetlands van Afrika ten zuiden van de Sahara. Ze zijn wijdverspreid: zo ver westelijk als Mauritanië, zo ver noordelijk als Mali, zo ver oostelijk als Kenia en zo ver zuidelijk als Zuid-Afrika.
IUCN classificeert de lelieloper als minst zorgwekkend. De soort wordt echter beïnvloed door aantasting, overstroming, drooglegging en overbegrazing van hun leefgebied.
12. Zebra
Er leven twee soorten zebra's in Kenia: de steppezebra (of gewone zebra) en de grévyzebra. De steppezebra leeft in graslanden in Oost- en zuidelijk Afrika, terwijl de grévyzebra in droge en dunbeboste gebieden in Kenia en Ethiopië leeft.
Je kunt deze zebrasoorten uit elkaar houden door naar hun zwart-wit gestreepte patronen te kijken. Steppezebra's hebben over het algemeen brede strepen met grote tussenruimtes. Ze kunnen ook schaduwstrepen (lichter gekleurde strepen) tussen de hoofdstrepen hebben. Grévyzebra's daarentegen hebben smalle en dicht op elkaar staande strepen, en een witte buik.
Volgens IUCN is de steppezebra bijna bedreigd. Dit betekent dat hij in de nabije toekomst waarschijnlijk een bedreigde diersoort zal worden. Grévyzebra staat op de lijst van bedreigde diersoorten. De voornaamste bedreigingen voor zijn voortbestaan zijn de aantasting van zijn leefgebied en concurrentie van grazend vee.
13. Thomsongazelle
De thomsongazelle is een kleine tot middelgrote antilope met een zandbruine vacht, een zwarte band over zijn flanken, een witte buik en een paar krachtige, geringde hoorns.
Thomsongazellen leven uitsluitend in Oost-Afrika, in de savannes en graslanden van Kenia en Tanzania. In kuddes van soms honderden gazellen eten ze grassen, scheuten en bladeren. Ze worden bejaagd door jachtluipaarden, leeuwen en wilde honden, maar kunnen extreem snel rennen, tot snelheden van 65 kilometer per uur.
IUCN rangschikt de thomsongazelle als minst zorgwekkend. Er leven ongeveer 145.000 volwassen exemplaren in het wild, die helaas bedreigd worden door menselijke expansie en klimaatverandering.
14. Grantgazelle
De Grantgazelle is een middelgrote antilope. Hij heeft een bruine of lichtbruine vacht, een witte buik en hoorns in de vorm van een lier (een soort harp). Hij leeft in de savannes, graslanden en struikgewassen van Oost-Afrika, onder andere in Kenia, Oeganda en Tanzania.
Grantgazellen zijn groter dan thomsongazellen. Mannetjes wegen 45 tot 65 kilogram en zijn tot 166 centimeter lang van punt tot staart.
Volgens IUCN is de Grantgazelle geclassificeerd als minst zorgwekkend. Het is echter belangrijk om te weten dat hun aantal in grote delen van hun verspreidingsgebied afneemt door de jacht, droogte en menselijke expansie.
15. Gerenoek
Gerenoek betekent 'giraffenek' in het Somalisch; deze antilope heeft de langste nek van alle gazellen. De gerenoek wordt daarom ook wel girafgazelle genoemd. Zijn lange nek, in combinatie met zijn vermogen om op zijn achterpoten te staan, helpt de gerenoek om bladeren te eten die buiten het bereik van andere antilopen liggen. Hij leeft in de droge savanne en het struikgewas van de Hoorn van Afrika, in landen als Kenia, Somalië, Ethiopië en Tanzania.
Volgens IUCN is de gerenoek bijna bedreigd en heeft hij een afnemende populatie. Zijn voornaamste bedreiging is het verlies van leefgebied aan landbouw. Daarbij heeft de burgeroorlog in Somalië de afgelopen decennia ook zijn verspreidingsgebied aangetast.
16. Hagedis Gastropholis prasina
Gastropholis prasina is een middelgrote hagedis van ongeveer 35 centimeter lang inclusief zijn staart, die enorm is in vergelijking met zijn lichaam. Zijn opvallendste kenmerk is echter zijn felle kleur. Zijn huid heeft een felgroene kleur, terwijl zijn tong en de binnenkant van zijn bek feloranje zijn. Hij leeft in kleine bosgebieden in Kenia en Tanzania.
Volgens IUCN is Gastropholis prasina bijna bedreigd. Zijn leefgebied in kustwouden verdwijnt snel, omdat de stedelijke en agrarische ontwikkeling een grote bedreiging vormt voor de bossen in de regio.
17. Galago Paragalago cocos
Paragalago cocos, een galago-soort, leeft in de kustwouden van Kenia en Tanzania. Het is een primaat die het grootste deel van zijn leven in bomen doorbrengt, waar hij vruchten en insecten eet. Het is een nachtdier met grote ogen, waarmee hij in het donker kan zien, en grote oren die kunnen draaien om het geluid van hun prooi op te vangen. Hij wordt ook wel ‘bush baby’ genoemd.
Volgens IUCN is deze soort geclassificeerd als minst zorgwekkend. Toch wordt gedacht dat zijn aantal afneemt en zijn leefgebied wordt omgebouwd tot landbouwgrond en plantages.
18. Kameleon Trioceros schubotzi
De kameleonsoort Trioceros schubotzi komt alleen voor op Mount Kenya, een berg die deel uitmaakt van een nationaal park in het midden van het land.
Volgens IUCN is deze kameleon bijna bedreigd. Er is weinig informatie over hoeveel er nog zijn, maar omdat hij op grote hoogte leeft, waar weinig bedreigingen zijn, wordt aangenomen dat de populatie stabiel is. Zijn voornaamste bedreiging is waarschijnlijk vuur. Mount Kenya is een brandgevoelig gebied en branden houden waarschijnlijk verband met de afname van de populatie van deze reptielen.
19. Echte adder Montatheris hindii
Montatheris hindii is een echte adder die leeft in beschermd gebied in de Aberdare Mountains en op Mount Kenya. Hij leeft in hooggelegen heidegebieden op een hoogte van 2.700 tot 3.800 meter. Er is niet veel bekend over deze adder. Het is niet duidelijk of de soort zeldzaam is of erg schuw. We weten wel dat hij, net als andere adders, twee tot drie levende jongen baart in plaats van eieren legt.
Volgens IUCN is Montatheris hindii bijna bedreigd. Heidebranden en grote menselijke populaties betekenen dat hun leefgebied het risico loopt om te worden verstoord en veranderd.
20. Kameleon Trioceros hoehnelii
Trioceros hoehnelii is een kleine tot middelgrote kameleon die leeft in de centrale en westelijke hooglanden van Kenia en Oost-Oeganda. Deze koele, gematigde gebieden hebben veel vegetatie, waaronder grassen, struiken, dicht struikgewas en bomen. De kameleon wordt soms ook gevonden op heggen in steden en tuinen, op landbouwgrond en op heidevelden.
Omdat hij in zo'n grote verscheidenheid aan leefgebieden kan leven, is dit reptiel beter bestand tegen veranderingen in leefgebieden. IUCN rangschikt Trioceros hoehnelii als minst zorgwekkend.
IFAW werkt aan het beschermen van dieren in Kenia en de rest van de wereld. We redden dieren en herstellen leefgebieden, zodat mensen en dieren samen in balans kunnen leven.
Gerelateerde content
Zonder jouw steun kunnen wij ons werk niet doen. Geef nu voor het verbeteren van de leefomstandigheden voor dieren.